Op weg naar Denemarken en de Faroer eilanden

Reisverslag IJsland.

Nadat we de Laro volgetankt hadden zijn we op 19/07/2012 vertrokken op weg naar Denemarken. Na 448 km te hebben gereden vond Leon het wel goed geweest en hebben we een hotel gezocht in het plaatsje Rotenberg. Daar hebben we wat gegeten en toen vroeg naar bed.
De volgende dag rustig op gestaan, goed ontbeten en daarna weer op weg.
Op de snelweg stond de dagteller inmiddels op 680 km, hmm erg zuinig voor zo`n zwaar beladen landrover. De brandstofmeter stond nog ruim voor rood, dus rijden maar.
Enkele honderden meters nadat we de afslag met een tankstation waren voorbij gerede, viel de motor uit. Niks meer daar.
De auto snel naar de vluchtstrook gestuurd en uitgestapt.
Al snel bleek dat de brandstoftank leeg was.
Een probleem dus met de vlotter die vermoedelijk blijft hangen, rijden we 10 mnd door Zuid Amerika, geen probleem met dat ding en nu in Duitsland blijft die hangen.
2 jerrycans op het roofrack en zijn allebei leeg, dus een jerrycan pakken en een geluk bij ongeluk ligt er volgens de gps een benzinestation 1,5 km van ons vandaan.
Via de invoegstrook de autosnelweg afgelopen en daar konden we diesel tanken.
Viel niet mee om met 17 liter diesel terug te lopen naar de auto, even doorzetten en we zijn er.
Ilona was in de auto blijven wachten.
Jerrycan in de tank geleegd, bij het dieselfilter de bout losgedraaid en met het handpompje ontlucht, en hup daarna startte de motor weer en loopt als een zonnetje.
Na totaal 251 km zochten we een camping in het plaatsje Lökken te Denenmarken.
Het betrof een gezellig vakantieplaatsje.
In de duinen staat de bekende vuurtoren in Rubjerg Knude, die willen we zien.
De vuurtoren levert een strijd met de natuur, een gedeelte ligt onder het zand.
Actief is deze vuurtoren niet meer, maar wel een mooi plaatje om te fotograferen.

S` avonds om 22:30 uur terug op de camping in Lokken en de daktent op gezet.
Nadat we goed hadden geslapen gingen we de volgende morgen op weg naar Hirtshals de haven in Denemarken, we waren ruim op tijd.
Erg veel overlanders en terreinauto`s die ook richting IJsland gaan.
Na vertoon van de tickets konden we de boot op, een gigantisch groot schip, het is niet zo`n veerbootje naar Engeland.
Leon reed de Laro op dek 4 van het schip en we kregen onze eigen hut met stapelbed.
De hut is in orde met tv, douche, wc en koelkast, waar we ons meegebracht eten in kunnen doen. Want op het schip eten dat is wel erg kostbaar.
We hadden mooi weer bij vertrek maar na twee uur werd het weer slecht. Gelukkig hadden we goede reistabletten van Primatour gepakt, van deze tabletten wordt je erg slaperig en loom en daardoor sliepen we al snel.

De volgende dag rondhangen op het schip, veel IJslanders en Denen slaan hun alcoholvoorraad in bij de tax-free shop.
2 uur voor aankomst in Thorshavn (Faroer Eilanden) moeten we de hut verlaten en in de wandelgangen of restaurants wachten.
Veel mensen zien grijs en grauw en zijn zeeziek, waaronder ook wij.
Erg florissant voelen we ons niet. Dan krijgen we het sein om naar de auto te gaan.
Bij aankomst van de auto zien we een plas diesel onder de auto vandaan komen, blijkt dat de tank de vorige dag te vol was getankt en er een lek blijkt te zijn bij de bevestiging van de vlotter.
Maar gauw de auto in en hopen dat we snel kunnen uitrijden, anders krijgen we nog een milieu claim aan de broek.
De luiken van het schip gaan open en kan het uitrijden van de auto`s beginnen. Na een tijdje rollen wij ook van de boot af. En gaan op zoek naar het hostel.
We hadden drie overnachtingen geboekt bij het hostel F.O . genaamd Bladypi.
Dit hostel ligt in de stad in een smalle straat en heeft geen eigen parkeerplaats, de auto moet op straat blijven.
De hostel eigenaar, zegt dat er geen criminaliteit is op het eiland, je maakt eerder kans door de bliksem te worden getroffen dan dat je auto wordt opengebroken.
Omdat de tank bleef lekken, gepoogd om deze een stuk leger te maken met behulp van de slang van de overloop van de accu, echter dat werkte niet.
Een klodder Hylomar deed uiteindelijk wonderen en heeft het lekken gestopt.
Op onze reis zullen we de tank maar niet te vol gooien als we ergens gaan kamperen en ook moeten rekening houden dat we na zo`n 500 km moeten tanken.
En ja, de jerrycans zijn gevuld, voor het geval dat….
Het weer was erg slecht veel regen, en harde wind.
Maar dat is vrij normaal op de Faeröer, toch blijkt een lage drukgebied, de oorzaak te zijn.
De volgende dag op de Faeröer Eilanden naar Vestmanna gereden. Het was droog maar inde fjorden wordt het water door de harde wind opgezweept.
Het water van devele kleine watervallen die vanaf de rotsen naar beneden kletteren wordt soms zelfs teruggeblazen door harde windstoten, hetgeen ene raar gezicht oplevert.
Richting Vestmanna zagen we een, leuk vakantiehuisje gebouwd als een soort van soort Iglo woning. In Vestmanna wat rondgekeken, echter het was niet spectaculair en dus richting Saksun gereden.
Onderweg ga je door diverse tunnels, waaronder ook een toltunnel die onder de zee doorgaat. De tunnels zijn rauw uitgehouwen en niet zoals de Roertunnel, waar men honderden problemen heeft met allemaal elektronische shit.
Nee, gewoon het ruwe een paar lampen erin en bij sommige tunnels is de rijbaan maar 1 auto breed en moet je uitwijken in een lvuchthaven, de lampen uitdoen en wachten totdat de tegenligger gepasseerd is.De tunnels zijn enkele km`s lang en soms Kan het even duren voordat je eruit bent.
Mensen met claustrofobie moeten wel effe rustig blijven.
In Saksun is een mooi oud kerkje te zien en een paar oude traditionele gebouwen zijn te bezichtigen. De bergen zijn groen, een mooie natuur., de ligging van he plaatsje is erg mooi om te zien en de moeite waard.Vanuit Saksun naar de zee gelopen door de bedding van de fjord, aan zee waait het erg hard. Na de wandeling teruggereden naar Thorshavn.

De tweede dag weer regen en veel wind.
Maar je moet toch op en pad en zijn we gereden naar Vioareioi. Het uiterste puntje van het eiland Vidoy. Erg mooie natuur.
De derde dag zijn we gereden naar Vägar een plaatsje waar de papegaaiduikers zouden zitten. Het regende en stormde. Helaas geen papagaaiduiker gezien. Toen terug naar Thorshavn. Daar nog wat huizen en boten bekeken. In de middag naar de haven gereden om de auto weer in te schepen verder naar IJsland.